Over prenatale perikelen, moeder zijn, en sometimes you get what you need



8 jaar en 6 maanden geleden kwam ik te weten dat ik zwanger was, onverwacht, ongepland maar wel gewild. De dag dat ik mijn hoofd niet langer in het zand kon steken en moest toegeven aan mezelf dat een test echt niet langer kon uitgesteld worden staat voor altijd in mijn geheugen gegrift.
Ik was niet bezig met moeder worden op dat moment, ik had niet het gevoel dat ik daar al klaar voor was. Maar ben je daar eigenlijk ooit echt klaar voor? Als ik had kunnen kiezen, waarschijnlijk niet.

Ik zat die donkere regenachtige oktoberavond perplex in de zetel zonder licht aan, met mijn jas nog aan, na een eerste test op het werk gedaan te hebben, en nog een test gaan halen te zijn, die allebei positief bleken te zijn. Ik staarde uren voor mij uit, als verslagen, alsof er op dat moment een deel van mezelf was verloren gegaan. Ik wilde nog ‘leven’, ik wilde reizen, ik wilde een carrière, ik wilde op restaurant, ik wilde mezelf ontplooien, ik wilde geen ander ‘lijf’, geen identiteit als mama, ik was Lisa en ik had nog zoveel te ontdekken, dacht ik. Mijn kijk op het leven was heel egocentrisch. Dat leek op dat moment voorgoed gedaan te moeten zijn. Ik besef dat dit geen populaire uitspraak is, je moet blij zijn als je zwanger bent, net zoals je blij en gelukkig moet zijn als je net een kind hebt gekregen. Dat hoort zo. Gelukkig is het taboe op de postnatale depressie meer en meer aan het verdwijnen. Op de prenatale depressie daarentegen ligt nog steeds een enorm taboe. Vele vrouwen durven er niet mee buitenkomen. Niet onlogisch, afgaande op de reactie van de gemiddelde toeschouwer. Die gaan er de facto van uit dat elke zwangerschap goed nieuws is, en vragen ze wel naar de kwaaltjes maar niet naar de mentale toestand en als je toegeeft dat je een leven met de baby niet (altijd) ziet zitten, valt er een pijnlijke stilte. Of komt het verwijt dat je ondankbaar bent, omdat zovelen geen kinderen kunnen krijgen. Daarom wordt er gezwegen, en blijft het taboe gehandhaafd. Maar het rouwen om je oude 'ik' is een realiteit, pre of postnataal.

Gelukkig duurt een zwangerschap lange maanden en lukte het me met elke nieuwe maand en vanaf dat ik haar voelde bewegen en haar hartje kon horen golven met de ‘angelsounds’ om meer en meer verbonden te geraken met dat spook in mijn groeiende buik. Mijn zelfvertrouwen begon te groeien, de tijgermama in mij ontwikkelde zich in mijn hart, net zoals de kilo’s op mijn heupen.
Hetzelfde moment dat ik dat veel te kleine baby’tje voor de eerste keer in mijn armen hield, was ik een tijgerin met haar welpje. Mama wist het beter vanaf dat moment, het is mijn kind en ik weet hoe dat moet, en ik heb niemands advies van doen.

Weg depressie, weg onzekerheid, weg ‘mijn leven is voorbij’, ik neem je wel op sleeptouw, mijn kleine Pet, in mijn leven, en op reis, en naar mijn werk, en op restaurant.


Die eerste jaren waren enkel voor haar en voor de moeder die ik in mijn hoofd moest zijn. Ik besef nu pas echt dat ik mijn dochter 2 jaar lang uit haar middagdut heb laten halen toen ik halve dagen werkte, omdat ik de schuld niet aankon om haar in de creche te laten, terwijl ik gewoon thuis was, ook al sliep ze. Nu zie ik hoe gestoord dat was en vooral onnodig. Maar dat voelde juist op dat moment (sorry, Petteke). Elke seconde bij dat kind zijn, mezelf volledig aan de kant schuiven. Mijn vriendinnen met kinderen nu verklaren me gek, ik ook, als ik terugkijk.


Later heb ik geleerd dat het belangrijker is dat mijn dochter ziet wat ik haar wil meegeven, en niet persé de uren die we spenderen. Ik hoef geen perfecte moeder te zijn, gewoon een goeie, eentje die er echt is voor haar kind. Ze hoeft niet te leren een ‘perfectie’ na te streven, zoals ik tevergeefs zoveel jaren heb geprobeerd, je wordt immers niet gelukkig van het nooit genoeg zijn. (note to self)



Ik ben een echte moederkloekmama, chaotisch, niet altijd even consequent, niet altijd geduldig, niet altijd even aandachtig, niet altijd even creatief, maar het kind ziet mij graag, veel te graag zelfs volgens haarzelf, en ik zie haar graag, met alle liefde die ik in me draag. Ze ziet mij groeien en ik zie haar groeien.



Dit allemaal om te zeggen dat, een kind krijgen, ook al wist ik op het moment van zwanger worden niet wat een positieve impact ze zou hebben op mij, uiteindelijk het mooiste geschenk was. En dat zij geweldig is en dat zij van mij iemand heeft gemaakt die ik nooit had kunnen zijn zonder haar. Ze heeft me opnieuw gedefinieerd. For the better.
 
En ook al was ik niet zeker dat zij was wat ik wilde in die prille maanden zwanger zijn, ze was en is nog steeds wat ik nodig had en heb om te kunnen worden wie ik moe(s)t zijn. Om het met The Rolling Stones woorden te zeggen. Dus prenatale depressie, postnatale, of geen enkele, we zien allemaal onze kinderen graag en we doen elke dag ons best voor hen en door hen ook voor onszelf, want ze houden ons nauwlettend in de gaten.
Ze leren wat liefde is van ons, ze leren wat zelfwaarde is van ons.
Om ze zo te laten worden wie zij moeten zijn.


Dus misschien zijn we elkaars mooiste geschenk wel. Vandaag zo, op Moederdag.




No comments